Subsidio - Wat is het, definitie en betekenis

Inhoudsopgave:

Anonim

De subsidie ​​is een buitengewone hulp van het Openbaar Ministerie om de vraag naar een goed te stimuleren of een groep te beschermen.

In de economie zijn subsidies hulp die de overheid aan bepaalde burgers verleent, voornamelijk om toegang te verlenen tot basisgoederen en -diensten.

In die zin kan de administratie de prijs van een product voor het grote publiek verlagen, aangezien het als strategisch of fundamenteel wordt beschouwd voor de bevolking.

In sommige landen worden bijvoorbeeld voedingsmiddelen zoals brood of kip gesubsidieerd. Dit zodat de bieders hun prijzen kunnen verlagen, maar toch geen inkomsten verliezen, aangezien de administratie hen een abonnement verstrekt. Het komt ook voor in gevallen zoals licht of verwarming.

Aan de andere kant kan de subsidie ​​worden gegeven in die situaties waarin het gebrek aan bescherming of inkomen kan leiden tot marginalisering en armoede.

Dit is het geval bij werkloosheidsuitkeringen, zodra ze hun werkloosheidsuitkering hebben uitgeput (wat een recht is als ze ervoor hebben bijgedragen), of als ze er geen recht op hebben. In deze situaties verstrekken regeringen aanvullende hulp of subsidies waarmee ze de basisvoedselbehoeften en andere dekkingen dekken.

Kortom, de subsidies worden beschouwd als stimulansen om de consumptie van een goed aan te moedigen of als sociale bijstand in die gevallen waarin er armoede is.

De effecten van subsidies op de economie

Subsidies worden door bepaalde overheden gepromoot voor sociale doeleinden. Ze hebben echter ook tegenstanders die beweren dat ze alleen dienen om sociale verbetering of pogingen om een ​​baan te krijgen af ​​te schrikken.

Liberale ideologieën begrijpen dat productiesubsidies breken met het concurrentieprincipe dat de economie genereert en verbetert. Bovendien kan het in die gevallen waarin een WW-uitkering wordt vastgesteld, het zoeken naar werk ontmoedigen.

Daarnaast vormen de subsidies ook een last voor de Staat. Het is dus een opportuniteitskost. Alles wat de staat aan subsidies uitgeeft, kan hij niet aan andere delen van de economie besteden. Voorbeelden van deze gebieden zijn gezondheid, onderwijs, justitie of andere vormen van sociaal beleid.

De voorstanders van hun kant zeggen dat niet iedereen de mogelijkheid heeft om inkomen te genereren. Bijvoorbeeld mensen met een handicap of mensen die zorg moeten dragen voor afhankelijke personen: ouderen, zieken of minderjarigen. Dan zou in die zin volgens de voorstanders van subsidies de ongelijkheid afnemen.