Rechte hoek - Wat het is, definitie en concept

Inhoudsopgave:

Rechte hoek - Wat het is, definitie en concept
Rechte hoek - Wat het is, definitie en concept
Anonim

De rechte hoek wordt gevormd door twee lijnen die loodrecht op elkaar staan, de ene verticaal en de andere horizontaal. De maat is dus 90º of π / 2 radialen.

Op een andere manier gezien, wanneer de ene lijn op de andere ligt en twee gelijke aangrenzende hoeken worden gevormd die samen een rechte hoek (180º) vormen, is elk van deze aangrenzende hoeken juist. Op een vergelijkbare manier legt de Griekse wiskundige Euclides het uit.

Er moet ook worden opgemerkt dat een rechte hoek gelijk is aan een perigonale of volledige hoek (360º) verdeeld in vier gelijke delen.

De rechte hoek wordt meestal weergegeven door een vierkant, zoals in het bovenstaande voorbeeld. Dit, in tegenstelling tot de andere soorten hoeken die worden weergegeven als bogen of halve cirkels.

In de praktijk is het relatief eenvoudig om rechte hoeken om ons heen te vinden. Laten we eens denken aan de muur van onze kamer die een rechte hoek vormt met de vloer. Evenzo kunnen we hoeken van 90º vinden in de hoeken van een vierkant venster.

Voor meer classificaties kunt u ons artikel over hoektypes raadplegen.

De rechte hoek dient als referentie voor verschillende geometrische figuren, zoals we hieronder zullen zien.

Voorbeelden van rechte hoeken

Enkele voorbeelden van rechte hoeken zijn:

  • Rechthoekige driehoek: Een van de binnenhoeken is juist en daarom moeten de andere twee optellen tot 90º. Dit omdat de binnenhoeken van elke driehoek samen 180º moeten zijn.

In dit type figuur is de bekende stelling van Pythagoras vervuld, die ons vertelt dat de som van elk van de twee benen in het kwadraat gelijk is aan de hypotenusa in het kwadraat. Dit zijn de benen, de zijkanten van de figuur die de rechte hoek vormen, terwijl de hypotenusa de kant is die voor de rechte hoek ligt.

Dus, kijkend naar de bovenstaande figuur, dicteert de stelling van Pythagoras het volgende:

AC2 = AB2 + BC2

  • Vierkant en rechthoek: In een vierkant en in een rechthoek geldt dat alle binnenhoeken gelijk zijn aan 90º.
  • Diamant: Wanneer de diagonalen van een ruit elkaar kruisen, ontstaan ​​er vier rechte hoeken (hetzelfde gebeurt met de diagonalen van het vierkant).