Vennootschapsbelasting (IS) - Wat het is, definitie en concept

Inhoudsopgave:

Anonim

De vennootschapsbelasting is de fiscale verplichting die rechtspersonen aangaan na inkomsten te hebben verkregen in een fiscaal tijdvak dat doorgaans één kalenderjaar bedraagt. Dit belastingelement wordt met andere woorden geheven op de inkomsten van vennootschappen en andere rechtspersonen.

Door middel van dit type belasting geeft de betreffende organisatie haar economische draagkracht aan, aangezien zij beweert inkomsten te hebben ontvangen. Deze belasting vormt een belangrijk deel van het staatsinkomen en kan daarom worden opgevat als een aanvulling op de personenbelasting binnen het fiscale panorama.

Wie betaalt de vennootschapsbelasting?

De vennootschapsbelasting wordt geheven over verschillende soorten rechtspersonen, zoals vennootschappen, verenigingen, groepen, stichtingen en instellingen. Daarnaast is het ook juridisch van toepassing op andere entiteiten die aanwezig zijn in de economische realiteit zoals fondsen (bijvoorbeeld beleggings- of pensioenfondsen). De vennootschapsbelasting heeft ook gevolgen voor organisaties die in het land wonen of hun fiscale woonplaats hebben.

Uiteraard treft dit type belasting ook naamloze vennootschappen of eenmanszaken, waaronder personen die de status van autonoom subject genieten.

Kenmerken vennootschapsbelasting

De vennootschapsbelasting is direct, persoonlijk en periodiek, net als de personenbelasting (IRP). Hoewel in tegenstelling tot de IRP, is het belastingtarief van de vennootschapsbelasting proportioneel. Het neemt niet toe naarmate de winst toeneemt. Alle bedrijven betalen hetzelfde belastingtarief. In geld uitgedrukt geldt natuurlijk dat hoe meer voordelen worden verkregen, hoe groter het te betalen bedrag.

Aan de andere kant is er een reeks prikkels waarmee entiteiten het bedrag aan belastingen dat ze betalen kunnen verminderen. Deze stimulansen worden toegekend aan bedrijven als ze voldoen aan een reeks voorwaarden die onder meer verband houden met het aantal werknemers dat ze hebben, de investering in innovatie, de opleiding van werknemers, het jaarlijkse omzetniveau of de leeftijd van hun economische activiteit. .

De vennootschapsbelasting is dus:

  • rechtstreeks: Het belast rechtstreeks het inkomen, wat het bewijs is van de bovengenoemde economische draagkracht van de aangever. Zie het verschil tussen directe en indirecte belastingen.
  • Persoonlijk: Het gaat erom rekening te houden met de individuele omstandigheden van elke belastingplichtige.
  • Krant: Het wordt periodiek betaald. Het belastbare feit vindt plaats voor onbepaalde tijd. De belasting is niet punctueel of instantaan, maar wordt doorlopend in de tijd betaald in verschillende belastingtijdvakken, verdeeld volgens de wetgever (bijvoorbeeld jaarlijks).
  • Proportioneel of vlak: Het belastingtarief is niet afhankelijk van de belastinggrondslag, dat wil zeggen dat het percentage van de belasting op winst hetzelfde is, ongeacht het bedrag van de winst.

Vennootschapsbelasting in de resultatenrekening

De vennootschapsbelasting is het laatste dat wordt verdisconteerd in de resultaten van een onderneming:

Winst-en verliesrekening

Voorbeeld
Netto inkomen of omzet or100
- Directe kosten van de verkochte goederen-50
Bruto winstmarge50
- Algemene, personeels- en administratieve kosten-20
EBITDA 30
- Afschrijvingskosten en voorzieningen-5
Winst voor rente en belastingen (BAIT) of EBIT25
+ Buitengewoon inkomen1
- Buitengewone kosten-2
gewone winst24
+ Financieel inkomen2
- Financiële uitgaven-3
Winst voor belastingen (BAT) of EBT23
- Vennootschapsbelasting7
NETTOWINST OF RESULTAAT VAN HET JAAR16

Vennootschapsbelasting in Spanje

Na de laatste wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting vinden we de volgende belastingtarieven:

AANSPRAKELIJKHEID ONDERWERPENTYPES 20152016
Algemeen type: 28%25%
Nieuw opgerichte entiteiten, tenzij ze een lager tarief betalen, passen deze schaal de eerste periode toe met positieve BI en de volgende 15%15%
Entiteiten met een omzet <€ 5 miljoen en een personeelsbestand <25 medewerkers 25%25%
Small Dimension Companies (bedrijfscijfer < € 10 miljoen), tenzij ze worden belast tegen een ander tarief dan het algemeneOnderdeel van BI tot € 300.00025%25%
Rust uit28%25%
Onderlinge onderlinge verzekeringen en mutualiteiten 25%25%
Wederzijdse garantie bedrijven
Beroepsverenigingen, officiële kamers en vakbonden
Non-profit entiteiten die voldoen aan Wet 49/2002
Fondsen voor werkgelegenheidsbevordering
Vakbonden en confederaties van coöperaties
Publiekrechtelijke entiteit Puertos del Estado en havenautoriteiten.
Gemeenschappen die naburige bergen in de gemeenschappelijke hand houden
Politieke partijen (Art. 11 LO 8/2007)
Coöperatieve kredietverenigingen en landelijke spaarbankenCoöperatief resultaat28%25%
Extracoop resultaat.30%30%
Fiscaal beschermde coöperatiesCoöperatief resultaat20%20%
Extracoop resultaat.28%25%
Beursgenoteerde investeringsmaatschappijen in de vastgoedmarkt. (SOCIMI) (Art. 9 Wet 11/2009)Over het algemeen0%0%
19% (1)19% (1)
Non-profit entiteiten die wel voldoen aan Wet 49/2002 10%10%
Entiteiten van de speciale zone van de Canarische Eilanden (Art. 43 Wet 19/1994) 4%4%
SICAV met bepaalde voorwaarden vermeld in art. 29.4 LIS die verwijst naar Wet 35/2003 betreffende instellingen voor collectieve belegging 1%1%
Financiële beleggingsfondsen met bepaalde voorwaarden vermeld in art. 28.5.b) TRLIS
Vastgoedbeleggingsmaatschappijen en fondsen met bepaalde voorwaarden vermeld in art. 29.4 LIS
Fonds voor hypotheekmarktregulering
Pensioenfondsen 0%0%
Kredietinstellingen, evenals instellingen die zich bezighouden met exploratie, onderzoek en exploitatie van koolwaterstofafzettingen en andere activiteiten die zijn geregeld in Wet 34/1998 30%30%

(1) Bijzondere belasting op dividenden die worden uitgekeerd aan partners met een aandelenkapitaal gelijk aan of groter dan 5% en dergelijke dividenden, op het hoofdkantoor van de partner, zijn vrijgesteld van of belast tegen een tarief dat lager is dan 10%.

Artikel geschreven door Javier Sánchez Galán en Andrés Sevilla.