Bruto-investering is een term die wordt gebruikt in de macro-economie, dit omvat de voorraad, vervanging of variatie van bestaande of gegenereerde kapitaalgoederen binnen een economie gedurende een bepaalde periode.
Dus in bruto-investeringen vinden we totale kapitaalinvesteringen. Dat wil zeggen, het vertegenwoordigt het totaal van kapitaalgoederen zoals machines, gebouwen, grond, enz., Die worden gebruikt om consumptiegoederen of andere kapitaalgoederen te vervaardigen.
Vanwege het feit dat de kapitaalgoederen die bij de productie worden gebruikt, aan slijtage onderhevig zijn, dwingt dit ertoe om periodiek bepaalde uitgaven uit te voeren ter vervanging ervan. Deze vervanging kan gelijk staan aan slijtage of waardevermindering van kapitaalgoederen. Ook kan de investering in vervanging groter zijn dan die slijtage.
Bruto-investeringen worden door veel auteurs in de economische wereld ook wel bruto-investeringen in vaste activa genoemd. Dit is zo omdat deze kapitaalgoederen gedurende een lange periode stabiel blijven, waardoor ze worden ingezet voor de productie van nieuwe goederen.
Het deel van de variatie van kapitaalgoederen dat verder gaat dan wat de kapitaalvervanging vertegenwoordigt, wordt wat in de economie als investering wordt genoemd. Omdat het een deel is dat bestemd is voor de productie van nieuwe goederen, dat een accumulatie van kapitaal of vaste activa vertegenwoordigt.
Een belangrijk concept met betrekking tot bruto-investeringen
Er kan worden gezegd dat er binnen de termijn van de bruto-investering een andere zeer belangrijke term impliciet in de economische wetenschap zit.
Omdat de investering in een economie bedoeld is om de productie van goederen in stand te houden of te vergroten. Het proces om dit te bereiken vereist het vervangen of vervangen van het deel van de slijtage dat apparatuur, instrumenten, machines, gebouwen, enz. in een dergelijk proces ervaren. Evenzo is een dergelijk vervangingsgedeelte voor het grootste deel groter dan de slijtage van kapitaalgoederen. Het is de moeite waard om te verduidelijken dat dergelijke slijtage van kapitaalgoederen afschrijvingen worden genoemd in de boekhoudkundige en economische sfeer.
Relatie tussen bruto-investering en netto-investering
In deze context wordt een nieuw concept van groot belang binnen de economie voorgesteld en geëxtraheerd, dit is dat van de netto-investering. Dat is niets meer dan het resultaat van afschrijvingen van de netto-investering. Daarom is het passend onderscheid te maken tussen bruto-investeringen en netto-investeringen.
Bruto-investering = netto-investering + afschrijving
Netto-investering = bruto-investering - afschrijving
Zoals te zien is, is het verschil dat de bruto-investering de totale investering is die in de economie is gedaan om in een bepaalde periode productie uit te voeren. Ondertussen is de netto-investering het deel of deel dat is toegevoegd aan of toegevoegd aan het bestaande kapitaal van de periode.