Het beroepschrift voor amparo is een vordering of een specifiek beroepsmiddel dat wordt ingediend bij het constitutionele hof wegens vermeende schending van grondrechten.
Het beroep op bescherming is het procedurele instrument waarover de burger beschikt om de verdediging van grondrechten aan te vragen.
Het voorgaande brengt met zich mee dat de beroepszaken beperkt zijn, in tegenstelling tot wat bij andere gewone rechtsmiddelen gebeurt.
Kenmerken van het beroep
De belangrijkste kenmerken zijn:
- De enige bevoegde rechtbank om over dit beroep te beslissen, is het Grondwettelijk Hof.
- Het enige waartegen met dit middel van beroep beroep kan worden aangetekend, is de schending van het grondrecht of de fundamentele vrijheid.
- Deze rechten moeten willekeurig zijn geschaad of kennelijk onrechtmatig zijn.
- Niet alleen de persoon die benadeeld is door schending van het recht of de fundamentele vrijheid kan dit rechtsmiddel indienen, ook het parket en de ombudsman kunnen gelegitimeerd worden.
- Terwijl het constitutionele hof zich beraadt over het al dan niet inschatten van het hoger beroep, worden de gevolgen van het vonnis waartegen beroep wordt aangetekend niet gestuit.
- Nadat het beroep is toegewezen, kan het worden toegewezen of afgewezen. Wat uiteindelijk de ongrondwettigheid betekent van de norm of wet op grond waarvan de rechter de beslissing heeft genomen die in strijd is met de wet.
Beroepseisen Amparo
Om een amparo-beroep bij het Grondwettelijk Hof in te kunnen dienen, moeten enkele vereisten worden gesteld:
- Na eerder alle middelen van de gewone gerechtelijke procedure te hebben uitgeput. Met andere woorden, er is geen andere optie dan toevlucht te nemen tot dit mechanisme.
- Dat er sprake is van een schending of schending van het grondrecht of de openbare vrijheid. Dat deze schending de oorzaak is van een actie van een rechter of rechtbank die door zijn gerechtelijke actie een grondrecht heeft geschonden. Zo is het gebruikelijk om schending van het recht van verdediging aan te voeren als er bewijs is dat tijdens de gerechtelijke procedure niet door de rechter is toegelaten.
- Dat de schending of aantasting van het grondrecht al in eerdere gevallen was aangevoerd, voordat het tot het constitutionele hof kwam.
- Formeel moet het beroepschrift voor amparo binnen de wettelijk gestelde termijn worden ingediend. In het geval dat tegen deze beslissing na de deadline geen beroep wordt aangetekend, zal het niet langer mogelijk zijn om een beroep te doen op deze beroepsprocedure.
- Ook als vormvereiste is het noodzakelijk dat het beschermingsberoep een rechtvaardiging heeft van de bijzondere betekenis op staatsniveau die de toelating van het beroep heeft. Zonder deze motivering wordt het beroep op formele gronden niet ontvankelijk.