Informatieasymmetrie - Wat het is, definitie en concept

Inhoudsopgave:

Anonim

Informatie-asymmetrie treedt op wanneer, binnen een onderhandeling, een van de deelnemers meer kennis heeft dan zijn tegenpartij met betrekking tot het object van de transactie.

Met andere woorden, wanneer dit type asymmetrie wordt gegenereerd, heeft een van de agenten, of het nu de koper of verkoper is, meer gegevens over de kenmerken van het goed of de dienst die moet worden uitgewisseld.

Informatieasymmetrie is een marktfalen dat het moeilijk kan maken om een ​​evenwicht van perfecte concurrentie te bereiken. Het kan zelfs voorkomen dat een operatie wordt uitgevoerd. Stel dat in een sector de handelaar meer informatie heeft dan de consument. De laatste is dan misschien niet bereid de vraagprijs te betalen zonder enige garantie te hebben over de kwaliteit van de koopwaar.

Voorbeeld van informatieasymmetrie

Een van de eerste economen die de effecten van informatieasymmetrie benadrukten, was de Nobelprijswinnaar voor economie George Akerlof in zijn artikel "The Market for Lemons: Uncertain Quality and the Market Mechanism."

Akerlof bestudeerde de gebruikte auto-sector waar er eenheden waren van slechte kwaliteit (potten of citroenen) en andere van goede kwaliteit.

Het probleem is dat de eigenaar meer kennis heeft dan het grote publiek over de mogelijke mankementen van zijn auto. De koper kijkt alleen naar de prijs, maar kan de kwaliteit van het voertuig niet met het blote oog zien. Er is dan sprake van een informatie-asymmetrie.

Stel dat de helft van de auto's op de markt kwaliteitsauto's zijn en de andere helft sloopauto's. Eigenaren van kwaliteitsauto's zijn bereid te verkopen tegen een prijs van 200 euro, terwijl eigenaren van sloopauto's een prijs van 100 euro accepteren.

Aan de andere kant, als de consument de kwaliteit van de koopwaar kende, zou hij bereid zijn 240 euro te betalen voor een kwaliteitsauto en 120 euro voor een rommel. Zoals we kunnen zien, is handelen in de markt mogelijk en wenselijk.

Omdat de consument echter de kwaliteit van de auto's niet kent, zal hij alleen bereid zijn een prijs te betalen die overeenkomt met de verwachte kwaliteit. Aangezien er een kans van 50% is dat je iets zult vinden, is het hoogste dat je bereid bent te betalen (1/2 * 240) + (1/2 * 120) = 180 euro. In dat tempo zullen alleen poteigenaren geneigd zijn te verkopen en daarom biedt de koper slechts 120 euro.

Zoals we kunnen zien, is er een storing in de markt waardoor kwaliteitsvolle autotransacties verdwijnen. Dientengevolge ontstaat inefficiëntie en verlies van consumentenwelvaart.