Eigenschappen van deling - Wat is het, definitie en concept

Inhoudsopgave:

Eigenschappen van deling - Wat is het, definitie en concept
Eigenschappen van deling - Wat is het, definitie en concept
Anonim

De eigenschappen van de deling zijn die kenmerken of regels waaraan wordt voldaan bij het uitvoeren van de wiskundige bewerking.

Delen is een van de basisbewerkingen van de rekenkunde en bestaat uit het ontleden van een getal, dat we een deeltal zullen noemen, in zoveel delen als een ander getal aangeeft, dat we een deler zullen noemen.

We moeten ook onthouden dat rekenkunde die tak van de wiskunde is die zich toelegt op de studie van getallen en de bewerkingen die ermee kunnen worden uitgevoerd.

Vervolgens zullen we de eigenschappen van deling uitleggen.

Niet-commutatieve eigenschap

De niet-commutatieve eigenschap vertelt ons dat, in tegenstelling tot wat er gebeurt met vermenigvuldigen of optellen, de volgorde van de factoren het product verandert. Dat wil zeggen, 90 bij 4 genereert niet hetzelfde quotiënt als wanneer we 4 delen door 90. We kunnen het als volgt samenvatten:

a / b ≠ b / a

Voorbeeld:

90/4 ≠ 4/90

22,5 ≠ 0,04

Om deze eigenschap te begrijpen, moeten we in gedachten houden dat het deeltal en de deler verschillende functies vervullen. Het eerste is het getal dat in gelijke delen wordt verdeeld, terwijl het tweede (de deler) de grootte van deze delen aangeeft. Aan de andere kant hebben bij vermenigvuldigen alle factoren dezelfde functie in de bewerking, zoals gebeurt bij de optellingen in de optelling.

Delen door één

Elk getal gedeeld door één resulteert in hetzelfde getal. Dat wil zeggen, het is waar dat:

een / 1 = een

Voorbeeld: 79/1 = 79

Gedeeld door nul

Elk getal gedeeld door nul resulteert in nul. We kunnen het als volgt samenvatten:

een / 0 = 0

Voorbeeld: 18/0 = 0

Deling van equivalente breuken

Als we twee equivalente breuken hebben, dat wil zeggen, die resulteren in hetzelfde quotiënt, krijgen we als we de teller van de eerste breuk vermenigvuldigen met de noemer van de tweede, hetzelfde resultaat alsof we de noemer van de eerste breuk vermenigvuldigen met de teller van de tweede. . We kunnen het als volgt samenvatten:

Als a / b = c / d, dan geldt ook dat a × d = c × b.

Voorbeeld: 45/9 = 15/3, dan:

45×3=15×9

135=135