Op 1 januari 2019 zijn de wijzigingen in arbeidsmateriaal in Spanje in werking getreden, met name de hervorming van Koninklijk Besluit 1462/2018 en Koninklijk Besluit Wet 28/2018. Deze veranderingen hebben vooral gevolgen voor de bedrijfskosten en de sociale bescherming van werknemers.
Geconfronteerd met een werkloosheidspercentage van minder dan 15% in december 2018 en het doel van de socialistische regering om een einde te maken aan de bezuinigingsmaatregelen die in voorgaande jaren waren genomen, komt de arbeidshervorming voor 2019, waarbij de toename van de inzameling opvalt. door de sociale zekerheid.
In het algemeen stelsel van sociale zekerheid
De belangrijkste veranderingen die zich hebben voorgedaan in arbeidszaken zijn:
- Het Minimum Interprofessioneel Loon (SMI) stijgt met 22,3%, staand op € 900 / maand (€ 30 / dag) in 14 betalingen, dat wil zeggen € 12.600 / jaar.
Bij huishoudelijk werkers gaat het werkelijk gewerkte uur van € 5,59 naar € 7,04.
In het geval van tijdelijke en tijdelijke werknemers die minder dan 120 dagen per jaar in hetzelfde bedrijf werken, hebben ze € 42,62 / wettelijke activiteitsdag.
SMI (14 betaalt) | Jaarlijkse SMI | Tijdelijke SMI | SMI Huishoudelijk werkers | € / uur |
2018 | € 735,9 / maand | 10.302,60 € | 34,85 € | € 5,59 / uur |
2019 | € 900 / maand | 12.600,00 € | 42,62 € | € 7,04 / uur |
- 7% stijging premiegrondslagen
JAAR | MAXIMALE BASIS | MINIMALE BASIS |
2018 | 3.803,70 € | 858,60 € |
2019 | 4.070,16 € | 1.050,00 € |
- Verhoging van de toeslag op erelonen naar beveiliging voor veelvoorkomende onvoorziene omstandigheden in korte termijn contracten tot 40% (in 2018 was dit 36%) en wordt niet meer toegepast op contracten van 5 dagen of minder (in 2018 was dit 7 dagen).
- Opname in de Algemene Sociale Zekerheidsregeling voor alle stagiairs academische, niet-werk- en trainingsprogramma's, ongeacht of ze worden betaald of niet.
- Intrekking van contracten met prikkels gekoppeld aan een werkloosheidspercentage van meer dan 15%. De getroffenen zijn:
- Contract voor onbepaalde tijd om ondernemers te ondersteunen
- Opleidings- en leercontract voor mensen tussen de 25 en 30 jaar. Dat wil zeggen, het blijft alleen van kracht tot de leeftijd van 25 jaar.
- Parttime contract met opleidingslink
- Contract van onbepaalde duur van een jongere door micro-ondernemingen en zelfstandigen
- Contract in nieuwe projecten voor jong ondernemerschap
- Eerste jeugd arbeidsovereenkomst
- Stimulansen voor stagecontracten
In de volgende link zien we de mogelijkheden van contracten die in 2019 van kracht zijn.
- Intrekking van de begeleidende maatregel voor het salaris van jongeren die zijn ingeschreven voor het jongerengarantieprogramma met een opleidings- en leercontract. In 2018 werd deze maatregel ingevoerd en werd 80% van de IPREM (€ 430/maand) uitbetaald.
- Mogelijkheid tot gedwongen pensionering onder de volgende voorwaarden:
De gewone leeftijd hebben bereikt om met pensioen te kunnen gaan en te voldoen aan de vereisten om 100% van de uitkering te ontvangen. Deze maatregel is bedoeld om het personeelsbestand van bedrijven te verjongen.
Zelfstandige regime (RETA)
- Offerteplicht voor alle calamiteiten:
- Vaak: 28,3%
- Professionals: 0,9% (€ 0,46 IT en 0,44% IMS), waarmee u vanaf dag 1 de uitkering voor arbeidsongevallen en beroepsziekten kunt innen en bij veel voorkomende ziekte vanaf dag 61 opzegt wederzijds.
- Stopzetting van de activiteit: 0,7% en het gaat van 12 tot 24 maanden. De uitkering kan de dag na de intrekking uit de sociale zekerheid worden geïnd
- Preventietraining: 0,1%
- Forfaitaire verhoging (in 2018 was het € 50,- per maand) in de volgende bedragen:
ZELFSTANDIG VASTE PRIJS | DELEN | OPMERKING |
Maand 1-12 | 60 € | Als u handelt voor de minimale basis en als u handelt voor de hogere basis, 80% korting |
Maand 13-18 | 50% korting | |
Maand 19-24 | 30% korting |
- Verhoging premiegrondslagen met 1,25%
BASEREN | PRIJS |
Minimale basis | 944,40 € |
Minimale basis in zelfstandige bedrijven | 1.214,08 € |
Maximale basis | 4.070,10 € |
- Indeling van schijnzelfstandigen als ernstig misdrijfdat wil zeggen degenen die als zelfstandige bijdragen (€ 944,4 per maand in plaats van de € 1050 die met hen overeenkomt) in loondienst. De boete kan variëren van € 3.126 tot € 10.000
Er zijn nog hangende kwesties om te reguleren, zoals de verplichte registratie van de werkdag, de toename van vaderschapsweken of de arbeidsregulering van werknemers voor digitale platforms zoals Uber of Glovo.
We zullen zien welke effecten deze maatregelen hebben op de kosten voor bedrijven en het creëren of vernietigen van banen.